Het is eind oktober. De herfstzon zakt langzaam weg achter de besneeuwde toppen van de Uri-Alpen, waar op 2.985 meter hoogte twee klimmers een iconische granieten klimroute vinden op de Salbitschijen. Ze vinden er ook rust, stilte en een onverwachte vriendschap. Maar, stil begint het zeker niet. Op hun tocht door het Voralptal krijgen Mo en Nacho gezelschap van een kudde nieuwsgierige geiten. ‘Ik weet niet of ze eten verwachtten of ons aanzagen voor soortgenoten door onze merino outfits’, grapt Mo. Een bijzondere start, maar stiekem ook passend bij dit bijzondere project: twee klimmers die elkaar nog nooit hebben ontmoet, maar samen de berg in trekken.
Nacho Olmedo Manich komt uit Spanje en woont in Frankrijk. Moritz ‘Mo’ Oberrauch is een Zuid-Tiroler die tegenwoordig in Zwitserland woont. Nacho is berggids in de Savoie, Mo werkt als PhD-onderzoeker bij het sneeuw- en lawine-instituut in Davos. Allebei zijn ze lid van het ORTOVOX team en allebei delen ze een diepe passie voor het alpinisme. Maar, ze hebben elkaar nog nooit eerder ontmoet. En waar leer je elkaar beter kennen dan op de berg? Op het scherp van de snede, letterlijk, bouwen ze aan vertrouwen. Want dat is nodig als je samen tien touwlengtes over de tweede toren van de Salbit West Ridge klimt. 400 meter puur graniet, technisch en precies werk. Mo kent het terrein goed. ‘De route is wel gezekerd met haken, maar je moet alles vrij klimmen, behalve de crux van 7a. Extra zekeringen plaatsen kan nauwelijks, alleen op de makkelijke stukken’.
Het plan ontstond spontaan. Nacho had de Salbitschijen al lang op zijn wensenlijst staan. Voor hem een droomplek, voor Mo letterlijk zijn achtertuin. ‘Als gids ben je vaak met onbekenden op pad’, zegt Nacho. ‘Je leert snel mensen inschatten. Met Mo voelde het meteen goed. Hij weet wat hij doet en doet het met stijl’.
Geen prestatiedrang, wel passie
Dat blijkt ook tijdens de bivaktocht naar 2.400 meter hoogte. Twee routes leiden naar het Salbit bivak. De ene via de hut en de bekende hangbrug, de andere, korter maar steiler, dwars door het ruige Voralptal en onherkenbare steengroeves. Uiteraard kiezen ze die laatste. Een pittige tocht, maar beloond met uitzicht én avontuur.
De volgende dag wacht de echte beloning: een technische klim over een vlakke granieten plaat, waar balans en precisie belangrijker zijn dan kracht. Mo straalt, dit is zijn favoriete stijl. Voor Nacho is het wennen aan het vochtige, Zwitserse graniet. ‘Maar, dat is juist waarom ik dit doe: nieuwe plekken ontdekken, andere rotssoorten leren kennen, genieten van de variatie. En lachen. We hebben veel gelachen’.
Op de top is het letterlijk en figuurlijk krap: een smalle graat, een ademloos uitzicht en de herfst die de bergen goud kleurt. Twee dagen geleden waren ze vreemden, nu zijn ze vrienden. ‘We waren helemaal in het moment’, zegt Nacho. ‘Het ging niet om presteren, het ging om genieten. Van de route, de natuur en elkaar’.
De bergen, dé plek om elkaar écht te ontmoeten. Bekijk de prachtige video van dit inspirerende avontuur via de link onderaan dit bericht.